Kerstavond en kerstdag

Met kerstavond zullen de lichten in de kerken branden van 17 tot 23.30 uur. Zo zullen in de donkere avond de mooie glasramen toch oplichten en willen wij stille getuigen zijn van het licht dat Jezus is komen brengen.

Die stilte bewaren we echter niet op kerstdag. Dan zullen om 12 uur alle klokken van onze 9 kerken 5 minuten luiden als een soort ‘eer aan God’ voor het Kind dat in de nacht is geboren.

De kerken van Sint-Rumoldus (Berlaar-Heikant) en Sint-Lambertus (Kessel) zullen open zijn van 11 tot 13 uur. De kerk van Sint-Willibrordus (nijlen) zal open zijn van 11 tot 13 uur en van 15 tot 17 uur.

De menswording van God… mijmeringen van de pastoor (2)

‘Zie het Lam Gods dat de zonden van de wereld wegneemt’. Met deze woorden wijst Johannes de Doper in het eerste hoofdstuk van het Johannesevangelie, onmiddellijk na de proloog die met Kerstdag wordt gelezen, Jezus aan als hij hem in de verte ziet voorbijkomen. Wanneer de leerlingen van Johannes daarop Jezus achterna gaan, draait Jezus zich naar hen toe met de vraag: ‘Wat verlangt gij?’ Het zijn de allereerste woorden van Jezus in dat vierde evangelie. Hij peilt meteen naar hun diepste verlangen. Wat zou het diepste verlangen anders zijn dan de volle vrijheid om te kunnen aanvaarden wat is, te kunnen openstaan voor wat komt en de vreugde te ervaren die daarmee gepaard gaat. ‘Ik heb jullie alles meegegeven’, zal Jezus in datzelfde evangelie op het laatste avondmaal zeggen, ‘opdat mijn vreugde in u moge zijn en uw vreugde volkomen moge worden.’

De woorden van de Doper klinken in elke eucharistie, zelfs tot 4 keer toe. Wij gedenken dan Gods grote daden en vieren het offer van Jezus aan het altaar. Heel die offercultus klinkt vandaag vreemd in onze oren. Het vindt haar oorsprong dan ook in de oudheid waarin men gewoon was om offers te brengen aan de plaatselijke (af)goden en dit om de goden welgevallig te zijn. Voor Abraham, die door God was geroepen om weg te trekken uit het land van zijn voorouders, was het brengen van offers een vanzelfsprekendheid. Daarom ook zal hij telkens weer een altaar bouwen en een offer brengen als herinnering aan het verbond dat God met hem gesloten heeft. Ook Mozes zal het volk de opdracht geven de bevrijding uit Egypte te blijven gedenken door het offeren van een lam.

Wanneer het volk Israël, vele jaren later, in ballingschap wordt weggevoerd, komt het tot nadenken. Hoe is het toch allemaal zo ver kunnen komen? Het is in die reflectieperiode dat de prachtige verhalen over de schepping en de zondeval tot stand komen. God had een wereld gemaakt die mooi was en goed. ‘En Hij zag dat goed was’, klinkt het als steeds terugkerend refrein. De mens leefde in harmonie met elkaar en met God. Dit is wat Israël had ervaren in zijn mooiste momenten. Maar heel de geschiedenis door hebben ze ook ervaren hoe de mens zwak is en zo snel toegeeft wanneer de twijfel zich als een slang nestelt in zijn hoofd en zo de hele mens vergiftigt. Juist die twijfel doet de mens wankelen en brengt onheil. De mens voelt zich dan klein, machteloos en verlaten en hunkert naar de momenten waarin het hem goed ging. Het is een steeds terugkerend thema ook in de psalmen. Het opnieuw willen goedmaken wat door eigen schuld werd stukgemaakt, is eigen aan dat volk van God.

Het boek Genesis vertelt hoe, kort na de schepping, de zondeval geleid heeft tot een radicale breuk tussen God en mens. De mens kan niet langer leven in het paradijs en zal voortaan de aarde moeten bewerken en zwoegen om ervan te kunnen eten, zijn leven lang. Het paradijs is gesloten en de weg naar de levensboom wordt bewaakt door een vlammend zwaard. Adam en Eva zullen God voortaan niet meer kunnen aanschouwen van aangezicht tot aangezicht. Ook Mozes en Elia zullen hun aangezicht verbergen voor de Heer. En wanneer Israël een tempel voor de Heer bouwt, zal de plaats waar de ark van het verbod bewaard wordt, afgesloten worden door een voorhangsel. Alleen de hogepriester zal toegang krijgen tot dat heiligdom.

Maar Paulus getuigt in zijn brieven aan de Romeinen en aan de Korintiërs dat Jezus heeft rechtgezet wat door Adam werd scheefgetrokken. ‘Omdat door een mens de dood is gekomen, komt door een mens ook de opstanding der doden’. ‘Eén fout leidde tot veroordeling van allen, maar één goede daad leidde tot vrijspraak en leven van allen’. Omdat de mens zelf de brug tussen hem en God had afgebroken, moest die brug -omwille van de vrijheid- ook door de mens zelf weer worden opgebouwd. Ziehier een tweede reden waarom God mens is willen worden, om zo zelf de brug weer op te bouwen en het offer te brengen dat Israël zichzelf had opgelegd om de relatie met zijn God te kunnen herstellen. Jezus zal daarmee de toegang tot het paradijs voor iedereen heropenen en de mensheid bevrijden van de schuld en schaamte die hem verwijderd hield van de Liefde die God is. In het evangelie van Johannes sterft Jezus op de dag dat de lammeren worden geslacht om de bevrijding van het volk uit het slavenhuis te gedenken. Daarom is Hij ‘het Lam Gods dat de zonden van de wereld wegneemt’.

Hij zal daarbij voorgoed een einde maken aan die offercultus. Voortaan geen bloedoffers meer, maar brood en wijn, als tekenen van het nieuwe altijddurende verbond dat God met de mens in Jezus gesloten heeft.

Op het moment dat Jezus sterft, scheurt het voorhangsel van de tempel van boven tot onder in twee, schrijven alle synoptische evangelisten. De toegang tot God is door het offer dat Jezus gebracht heeft voor iedereen opnieuw geopend en begaanbaar gemaakt. In elke eucharistie vieren wij de gedachtenis van dat gebeuren, van onze verzoening met God, die alleen mogelijk is geweest dankzij Zijn menswording en het daartoe noodzakelijke fiat van Maria.

De menswording van God… mijmeringen van de pastoor (1)

De advent is de ideale tijd om stil te staan bij dit bijzonder groot mysterie dat voor de evangelist Johannes van dezelfde orde is als de schepping zelf. Omdat we elkaar niet fysiek kunnen ontmoeten in de wekelijkse liturgie wil ik met jullie 4 weken lang via het parochieblad enkele gedachten delen. 

God had op zijn minst 3 goede redenen om mens te worden. In de allereerste plaats om ons zijn ware gezicht te laten zien.  Hierover gaat mijn mijmering van deze week. 

‘In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God’, zo begint Johannes zijn kerstverhaal. Het begint met juist dezelfde woorden als het scheppingsverhaal. Die menswording van God is dan ook zo indrukwekkend dat het bijna niet anders kon dan dat het, door de toenmalige wereld en vooral door diegenen die zich ‘het volk Gods’ noemden, werd ontkend en zou leiden en tot de kruisdood van Christus. De wereld was er niet klaar voor. ‘Het Woord was in de wereld, de wereld is door Hem ontstaan en toch kende de wereld Hem niet’, schrijft Johannes. 

God had zich aan Abraham geopenbaard als een bevrijdende God. ‘Trek weg uit je land en ga naar het land dat Ik je wijzen zal’, had Hij hem opgedragen. Zo had Abraham het land van zijn voorouders, met al haar plaatselijke goden, verlaten om zich te laten leiden door de Ene God die hem geroepen had. Abraham zal God leren kennen als een God die de mens niet onderdrukt noch klein houdt, maar overvloedig zegent en een verbond met hem aangaat. Het zal hem goed gaan als hij zich maar niet laat verknechten door afgoderij. Heel even dreigde Abraham te hervallen in oude gewoontes, in wat hij zelf de volkeren en stammen uit het land waar hij was van weggetrokken zo vaak had zien doen. Maar gelukkig kon de God die hem geroepen had om dat land te verlaten hem op tijd van gedachte doen veranderen en voorkomen dat hij zijn enige zoon zou offeren. Om toch aan de offerdrang van Abraham tegemoet te komen, laat God een ram met zijn horens verstrikt geraken in het nabijgelegen struikgewas.

In de loop van de geschiedenis zal God zich steeds meer tonen als een God die met zijn volk meegaat. Die niet altijd kan voorkomen dat mensen verkeerde keuzes maken, maar de door mensen begane misstappen telkens weer gebruikt om nieuwe wegen te banen. Zo zal de boosheid van Jacobs zonen, die hun broer Jozef uit nijd hadden verkocht, een zegen worden voor de hele familie die in Egypte overvloed zal kennen en uitgroeien tot een groot volk. 

Later, wanneer het eens zo overvloedige Egypte voor het volk een slavenhuis was geworden, zal God hen ook daaruit weer bevrijden. Die God zal zich steeds vaker laten kennen als een jaloerse God die geen goden kan verdragen, juist omdat Hij een bevrijdende God is. De mens mag van alles genieten, maar niets mag voor de mens een god worden want net daardoor verliest de mens zijn vrijheid. Om het volk te helpen, had God hen in de woestijn de Wet gegeven. Richtlijnen van liefde! Maar helaas zal zelfs die wet een afgod worden voor dat volk. Met name de Farizeeën hadden zich, ten tijde van Jezus, aan de strikte naleving van de wet gehecht als aan een god.  Hoewel zij dachten goed te doen door zich aan de Wet van God te houden, vervielen zij juist daardoor zelf in afgoderij. Door te oordelen over de anderen, plaatsten zij zichzelf in de plaats van God. Ze misbruikten daarbij graag de dwaling, die al langer als een slang in de gedachten van de mensen was geslopen, dat ‘het noodlot dat mensen treft’ een straf zou zijn van God.

Jezus is de voltooiing van de wet.

Dus besloot God om zelf mens te worden en zo zijn ‘ware’ gelaat te tonen. ‘Wie mij ziet, ziet de Vader’, zal Jezus zeggen, ‘Ik en de Vader, wij zijn één’. En God identificeert zich niet met de wereldse of geestelijke gezagdragers, maar met de baby geboren in een stal omdat voor hem geen plaats is in de wereld. Met de gekruisigde, de bespuwde, de verlatene. Hij zal zijn liefde laten zien voor de armen, de zieken, de vreemdelingen. Hij zal zijn barmhartigheid en genade tonen door aan het kruis alle schuld van de mens op zich te nemen en vergiffenis te schenken. Jezus is de voltooiing van de Wet. Het Woord is in Hem Vlees geworden. Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand kan tot God komen tenzij door Jezus. 

Daarom zullen wij ons voortaan in ons gebed richten tot God ‘door Christus, onze Heer’. Wij kunnen niet meer naar God kijken zonder de gekruisigde voor ogen te houden. ‘Zozeer heeft God de wereld liefgehad’, zal Jezus zeggen aan Nikodemus, ‘dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gezonden, niet om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered!’

Bied een roos aan…

Op 8 december, feest van de Onbevlekte Ontvangenis, legt de Paus in Rome als eerbetoon op de Piazza di Espagna een ruiker bloemen neer aan de voet van een beeld van Maria. Op diezelfde dag, op de plaats waar de Maagd heeft gezegd: “Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis”, sluit het Heiligdom van Lourdes bij dit gebaar van de Paus aan: duizenden bloemen, vanaf 14 november door de pelgrims via het Internet aangevraagd, zullen dan worden geplaatst, in de Grot, aan de voeten van O.L.Vrouw. Wij willen zo ook hulde brengen de vreugde van Bernadette verlengen, die zei: zij had een gele roos op elke voet, de kleur van de ketting van haar rozenkrans. De rozenkrans zet de wereld in de bloemen.  

Wie hier ook wil aandeelnemen, kan dit via www.lourdes-france.org/nl/bloemenhulde/

Verslag PKN

Naar gewoonte brengen wordt er verslag uitgebracht van de plaatselijke kerngroep Noord (PKN).

Na 3 maanden onderbreking waren we blij om mekaar terug te zien, in levende lijve, maar uiteraard wel met behoud van de nodige afstand.

In het bovenzaaltje van het PC van Bevel waren de tafels op ruime afstand van mekaar gezet zodat we veilig konden vergaderen. Als een volleerde garçon (met mondmasker en handschoenen) voorzag Jan Gielen ons van een drankje en Romain trakteerde met een lekkernij voor zijn verjaardag. Dankjewel heren!

In eerste instantie werden uiteraard al de voorbereidingen voor de heropstart besproken. Er komt toch wel wat bij kijken… Hopelijk moeten we geen mensen terugsturen aan de deur, want dat vinden we echt niet leuk; dat maximum aantal aanwezigen.

We durven hopen op een snelle versoepeling van deze maatregel.

Daarnaast bespraken we ook het uitstel van het vormsel, de eerste communie en het doopsel, alsook een aangepaste regeling voor het weekend van 15 augustus.

De intenties die in de Corona-periode vielen, worden uitgesteld naar het najaar, in overleg met de familie

Uitvaarten worden vanaf dit weekend terug betalend, normaal gezien zijn de uitvaartondernemers hiervan op de hoogte. Volgende keer vergaderen we in het vernieuwde Patronaat in Kessel.